zaterdag 25 oktober 2008

King Bushido

Een Bulgaarse medestudent gedroeg zich laatst euforisch. Zijn grote held Bushido gaf een uniek optreden. Het enige dit jaar, en dan nog gratis, hier!

Ik gaf licht beschaamd te kennen dat het begrip 'Bushido' geen enkele spaarlamp in mijn bovenkamer deed branden. De fan reageerde enigzins ontzet. Want Bushido is een Berlijns-Tunesische Gangsta-rapper met wereldfaam tot in Bulgarije. 'King Bushido', zoals hij zich bescheiden laat vergoddelijken, wou zijn fans eens bedanken voor de goede samenwerking. En tegelijk promotie maken voor zijn nieuwe biografie, die nu al een bestseller is.

De O2-World (zeg: 'oow two', niet 'oo zwei'), een modern Sportpaleis aan de oever van de Spree, vormde de perfecte locatie. Zo'n typische commerciële multitempel, aan de buitenkant behangen met een gordijn van flikkerende neonbuizen.

De arena zat niet bomvol, maar er kwamen toch meer dan 10.000 mensen op deze buitenkans af. Dit publiek bestond uit een weinig hoopgevende mix van 'Hartz IV'-klanten (leefloners), allochtonen en postmoderne proletariërs. In één neologisme: Precariaat.

Het concept verliep dan ook erg gestructureerd. Tijdens elk lied maakte iedereen dezelfde beweging. Alsof ze sloom met de vlakke hand op het dak van een SUV mepten. Na elk nummer bedankte King Bushido uitvoerig zijn fans en riep naar DJ Stickle: "gib den Beat!" of "drück auf Play!". Vervolgens legde de platenboer enkele goedklinkende noten op. Vaak een intro die naar pakweg Coldplay deed verlangen. Maar dan begon King Bushido te rappen in een onverstaanbaar Duits. Naar verluidt geregeld seksistisch en racistisch, waardoor de King niet op de radio geduld wordt en een underground-figuur blijft.

Meermaals maakte King Bushido het volk er attent op dat ze zich weldegelijk in Berlijn bevonden. Desbetreffende beweerde hij trots dat dit de mooiste stad ter wereld is. De reactie op deze stelling was nogal lauw. Ik vreesde dat het precariaat dit predikaat eerder voor Emirdag of Ibiza reserveerde.

Edoch, het dient gezegd: de muziek klonk niet slecht en het publiek was vriendelijk en vredig. De koning is dood, lang leve Bushido!